Verzorging

Zindelijk maken

Het zindelijk maken van honden is een ander verhaal; een pup zal vanaf een paar weken instinctief zijn nest niet meer willen bevuilen, en dus erbuiten willen plassen en poepen. Een hond zal dus niet snel in zijn hondenmand, hondenbench of kussen z’n behoefte doen. Echter kunnen ze dit nog niet zo goed ophouden op jonge leeftijd en er zullen dus regelmatig ongelukjes in huis plaatsvinden. Pups zullen vooral na het slapen, eten/ drinken en spelen moeten plassen en poepen. Wees hier dus scherp op als baasje en laat je pup op deze momenten naar buiten. Als er buiten geplast en gepoept wordt, dan moet dit beloond worden met een “goed zo!”, aai en/ of beloningssnoepje.

Een hond straffen als er binnen geplast of gepoept wordt werkt niet en is uit den boze, dit zal een hond alleen maar bang maken. Hoe vaker je op tijd bent als baasje en je je hond beloont, hoe eerder er begrepen wordt dat het de bedoeling is om buiten te plassen en poepen. Loop nooit linea recta naar huis als je hond net gepoept heeft bij het uitlaten, slimme honden zullen snappen dat het uitlaten stopt als er gepoept is en zullen hun ontlasting ophouden met het gevolg dat ze het uiteindelijk thuis doen!

Socialiseren

Pasgeboren puppies zijn enorm aandoenlijk. Het liefst knuffel je er de hele dag mee en laat je ze nóóit meer los. Toch is het ook heel belangrijk dat deze lieve puppies naast veel aandacht ook de juiste opvoeding krijgen. Zo is het goed om je pup samen met andere honden maar ook met mensen te laten opgroeien. Of ook wel: het socialiseren van je pup.

Puppies zijn geweldig, ze duiken met 100% enthousiasme en vol overgave overal in. Ze ontdekken de wereld spelenderwijs met vallen en opstaan. De eerste weken zijn heel erg belangrijk in het leven van een hond en zullen de basis vormen van hoe de hond op andere honden, mensen, andere dieren en onbekende situaties reageert. Daarom is het belangrijk om jouw puppy zoveel mogelijk verschillende indrukken te laten opdoen in de eerste weken. Zo leert een puppy sneller wat er allemaal te beleven valt maar vooral wat wel en niet mag.

De eerste weken van een puppy



De meeste puppies worden rond de 8 á 9 weken bij het nestje weggehaald door de nieuwe eigenaar. Dat wilt ook zeggen dat de pup na 8 á 9 weken weg wordt gehaald bij zijn of haar broertjes, zusjes en moeder. Het is voor een jonge pup dus altijd even wennen zodra dit gebeurt. Belangrijk is om je pup goed op te vangen en direct te socialiseren met andere honden maar ook vooral zjin of haar nieuwe thuis. Informeer bijvoorbeeld voordat je je nieuwe pup op gaat halen alvast bij een kringgroep en schrijf je in voor een puppycursus. Dat zorgt ervoor dat je meteen de juiste opvoeding kan bieden voor jouw pup.
Wij adviseren om zo snel mogelijk te starten met het trainen en vooral mengen van je pup. Het socialiseren van je puppy is namelijk erg belangrijk. Spelen met soortgenootjes vordert de ontwikkeling van je puppy erg snel en is natuurlijk ook veel leuker voor je puppy!

15 weken


Na 15 weken slaat je puppy een nieuwe levensfase in. Het nieuwschierige gaat er een klein beetje af waardoor ze niet meer met alle vertrouwen een nieuw avontuur aan gaan. Ze worden wat terughoudender voor het onbekende. Vooral voor deze fase is het dus belangrijk om je puppy al vroeg te laten socialiseren. In een vroegere fase staat je puppy namelijk nog heel erg open voor nieuwe dingen, wat het aanleren van gewoontes ook makkelijker maakt. Start je pas na de 15 weken met een puppycursus of het aanleren van bepaalde manieren, zal je puppy het een stuk moeilijker vinden om zich of haar hierop aan te passen.

Check

De eigenaar van een hond doet er goed aan om dagelijks de hond uitwendig te inspecteren op abnormale zaken betreffende de gezondheid. Op die manier kunnen we helpen om uw viervoeter in goede gezondheid te houden. Bij het constateren van problemen doet men er goed aan om met uw dierenarts contact op te nemen.

Oren
Wen de hond er van jongs af aan om eens in zijn oren te kunnen kijken. Het is zeer belangrijk om in een vroeg stadium eventuele parasieten of ontstekingen te signaleren. Zelfs een onaangename geur kan een aanduiding zijn van een probleem. Uiteraard is altijd de dierenarts de aangewezen persoon om een behandeling voor te stellen.

Ogen
Controle van de ogen is al iets eenvoudiger: gewoon kijken en het valt meteen op of de hond een heldere blik heeft, en géén roodheid, waterige uitvloeiing of zelfs pusophoping. In dat geval kan een bezoek aan de dierenarts raadzaam zijn.

Tanden
Een zorgvuldige inspectie van de mond en de tanden levert snel duidelijkheid op aangaande afwijkingen: abnormaal rood tandvlees, bruingele afzettingen aan de tandelementen, een slechte adem of zelfs weinig eetlust doen het vermoeden rijzen dat de mondholte niet perfect op orde is. Soms kan men wel een helpende hand bieden door middel van een tandenborstel maar veterinaire hulp kan af en toe noodzakelijk worden.

Huid & haar
Het wekelijks borstelen van de haren behoort tot de vaste routine te gaan horen. Als de hond in de rui komt zal dat vaker moeten plaatsvinden. Daarbij kan men uitstekend de huid controleren op verwondingen of de aanwezigheid van parasieten. De haren wassen met shampoo is af te raden: de hond heeft van nature een stevige, wat vetachtige haarstructuur die hem optimaal beschermt.

Dierenarts

Dieren- en vertrouwensarts
De dierenarts is de aangewezen persoon om de hond zijn/haar inentingen te geven en een wormmiddel te verstrekken. Bij bezoek aan het buitenland zijn soms extra inentingen noodzakelijk. Veel dierenartsen hebben ook de mogelijkheid om röntgenopnames te maken van skeletafwijkingen of om vast te stellen of de hond voldoet aan de normen voor het HD-, ED- en ruggenwervel-onderzoek. Via de website kan men deze adressen te weten komen. Ook bestaat er een zogenaamde Vertrouwensarts voor de VDH die vaststelt of bepaalde abnormaliteiten die een goedkeuring voor een FGK in de weg staan, al dan niet een erfelijke basis hebben.

Vragen?

De heer A.J. de Gouw
Prins Clausstraat 53
4761 AM      ZEVENBERGEN
telefoon: (06) 29 03 69 02
e-mail