VDH -
algemeen
-
15
Onverenigbaar gedrag
Je hond zal, door het opdoen van andere ervaringen, ander ge-
drag moeten aanleren. Het beste is om hem een gedrag aan te
leren dat onverenigbaar is met het ongewenste gedrag. We noe-
men dat met een mooi woord ‘counterconditionering’. Je kunt
hem bijvoorbeeld leren dat een voorbijganger het signaal is dat
je iets heel erg lekkers of iets heel leuks (bal) voor hem hebt, waar-
door hij niet naar de voorbijgangers kijkt, maar naar jou. Je begint
je hond te leren - zonder dat er andere personen en/of honden
in de buurt zijn - dat hij, terwijl hij stil zit, naar jou moet kijken.
Geef hem daar een commando voor, terwijl je het brokje of de bal
onder je kin houdt. Je hond krijgt het brokje of de bal als hij een
paar seconden naar je gekeken heeft. Wanneer dat goed gaat kun
je hetzelfde doen terwijl je hond naast je loopt. Zoek eerst een
locatie op waar je hond geen aanleiding heeft om uit te vallen,
een plaats waar geen andere honden zijn. Als dit goed gaat, ga je
hetzelfde doen terwijl er iemand met z’n hond op (grote) afstand
langs loopt. Heel langzaam maak je de situatie moeilijker, de af-
stand wordt steeds kleiner gemaakt, de tijd dat hij naar je moet
kijken wordt steeds langer gemaakt. Maar houdt altijd in het oog
dat voorkomen van fouten (het uitvallen van de hond) nu belang-
rijker is dan een (te) snelle opbouw van je training!
Omdraaien
Je kunt je hond nog op een andere manier duidelijk maken dat hij
z’n aandacht beter op jou kan richten dan op een voorbijganger
met z’n hond. Neem je hondmee aan een lange lijn van twee à drie
meter, houd het einde van de lijn met beide handen voor je buik
vast. Loop nu met je hond recht op een andere persoon met hond
af (dit moet je in scene zetten, zodat die andere persoon weet wat
hij moet doen). Wanneer je hond zich goed gedraagt, kun je door
blijven lopen. Net voordat hij het ongewenste gedrag (grommen,
blaffen) gaat vertonen, draai je je abrupt om - handen blijven op
je buik! - zodat je hond jou moet volgen. Je zegt niets, maar als je
hond weer aandacht voor jou heeft (aankijken) beloon je hem uit-
bundig met je stem. Direct daarop draai je je weer om en loop je
weer op de voorbijganger af. Als het goed is duurt het nu langer
voordat je hond op de andere hond gaat reageren. Dit kun je een
aantal keren achter elkaar herhalen. Als je aandachtig kijkt zie je
op tijd aan je hond wanneer hij wil gaan grommen en blaffen. Je
hond zal eerst gaan fixeren (de andere hond strak aankijken) en
daarna wat verstarren (z’n spieren aanspannen). Pas daarna zal hij
gaan grommen, blaffen en/of uitvallen. Wees wel snel, want deze
gedragingen volgen elkaar heel snel op!
Langzamerhand leert je hond zo dat andere honden geen bedrei-
ging voor hem zijn. Het duurt een tijd voordat hij op geen enkele
hond meer agressief reageert. Het moment komt er dan aan dat
je - onder begeleiding van een ervaren gedragstherapeut - je hond
los kunt laten bij andere honden. Dit moeten dan wel zeer sociale
honden zijn die niet meteen eventuele foute gedragingen van jou
hond direct met agressie beantwoorden. Mocht het fout gaan, laat
de honden het onderling dan niet ‘uitvechten’. Op die manier leert
jouw hond alleen maar dat het acceptabel is om bij een conflict
direct agressie te gebruiken. Dat wilde je hem nu net afleren....
Marian Servaas
Ander gedrag aanleren
Kijken naar de baas
