pups moeten nog leren wat deze vaardigheden betekenen.
De moederhond moet drie dingen doen. Ten eerste moet ze de pups voeden.
Dit doet ze eerst met moedermelk en later door een gevangen prooi uit te bra-
ken. Ten tweede moet ze de pups schoon en warm houden. Dit is vooral belang-
rijk bij jonge pups. Ten derde moet ze de pups een aantal zaken leren.
GEWELDDADIG
Een goede moederhond is geduldig en toegewijd. Naarmate de pups groeien,
interpreteren hondeneigenaren de vaak gewelddadige onderwijsmethoden
van de moederhond verkeerd. Ze kan grommen naar de pups, ze kan ze zelfs
bijten, maar ze zal ze nooit verwonden. Het is normaal voor de moederhond om
de snuit van de pups tussen de tanden te nemen. Zonder deze ingrepen van de
moederhond zullen de pups nooit leren normaal te functioneren in een roedel.
Het lijkt erop dat de moederhond minder geïnteresseerd is in haar puppies als
zij 8 à 10 weken oud zijn. Normaliter is dit het moment dat de overige roedelle-
den de pups verder onderwijzen zodat de pups hun plaats krijgen in de roedel,
die zeer waarschijnlijk vooral uit familieleden bestaat.
SELECTIE
Soms zeggen hondeneigenaren dat er problemen
zijn: de moederhond is niet geïnteresseerd in haar
pups, of ze gebruikt teveel geweld bij haar pups. Deze
problemen zijn vooral te wijten aan selectief fokken
(wij selecteren op uiterlijk en werklust, terwijl de na-
tuur selecteert op het ‘totaalplaatje’. En adequaat
moedergedrag is deel van dit plaatje) en aan onze ge-
brekkige kennis ten aanzien van wat de moederhond
nodig heeft tijdens en na de geboorte van haar pups.
Dit resulteert vaak in stress, onzekerheid, of agressief
gedrag bij de moederhond.
ERFELIJK?
Het moedereffect is de invloed die de moederhond
heeft op haar pups. Dit kan een dermate grote in-
vloed hebben op bepaald gedrag dat het moeilijk
kan zijn om onderscheid te maken tussen gedrag dat
gestuurd wordt door het moedereffect en gedrag dat
erfelijk bepaald is. Observaties toonden aan dat een
moederhond haar pups meer fobieën en angsten kan
aanleren dan wat normaal zou zijn voor het genotype
van deze pups. Dit kan gebeuren wanneer de moeder-
hond te nerveus of te angstig reageert op bepaalde
geluiden. Het moedereffect heeft een sterke invloed
op pups, en dit is de reden waarom het zeer moeilijk,
of bijna onmogelijk is, om de erfelijke eigenschappen
van bepaald gedrag te bepalen.
Kortom, we kunnen hieruit concluderen dat je beter
niet kunt gaan fokken met teefjes waarvan je niet ze-
ker bent dat ze betrouwbaar moedergedrag zullen
tonen. Bemoei je niet meer dan noodzakelijk met de
moederhond en haar pups. Een goede moederhond
weet beter dan jij wat goed is voor haar pups.
Roger Abrantes
Dit artikel is vertaald door Wouter Servaas. Het oor-
spronkelijke artikel, ‘Canine Maternal Behavior’, is gepu-
bliceerd op http://ethology.eu/canine-maternal-beha-
vior/, de website van het Ethology Institute Cambridge,
Groot-Brittannië.
Moedergedrag van honden is meer dan enkel het voeden van de pups. De moederhond leert
de pups ook hondentaal aan (Illustratie van Alice Rasmussen uit 'Dog Language' van Roger
Abrantes)