VDH februari 2013 - page 7

VDH -
algemeen
-
5
het beste met je hond om moet gaan. Jij bent de baas en moet
dat altijd blijven, anders krijg je problemen met je hond, die zelf
‘baas’ zal willen worden!
Máár onze honden zijn gedomesticeerd en in hun dominantie al-
lang geen wolven meer. Onze huishond heeft maar liefst twee
verschillende ‘basisscholen’ doorlopen en twee verschillende
sociale systemen geleerd; van honden én van mensen. Hierdoor
richten honden zich niet alleen op soortgenoten, maar zeker ook
op de mens. Wolven zullen zich altijd blijven richten op andere
wolven. Onze mensenmaatschappij is zeer gevarieerd en com-
plex. De samenstelling van de menselijke sociale groep veran-
dert steeds, net zoals de situatie en de omgeving. Dat vraagt
heel wat flexibiliteit, wederzijds vertrouwen en respect! Baas en
hond zullen zich samen steeds moeten aanpassen aan die ver-
anderingen. Hierbij zal de rangorde, zullen de rangordeposities,
steeds wisselen, omdat baas én hond bereid moeten zijn hun
goede kwaliteiten te gebruiken in het voordeel van de ander(en).
Het lineaire hiërarchisch dominantiemodel (dierentuinsysteem)
toepassen in onze mensenmaatschappij is volledig misplaatst en
ontoereikend. Samenwerking, zodat het flexibel wisselen van ta-
ken en rangorden mogelijk is, is in onze complexe maatschappij
juist van essentieel belang!
Dagelijkse praktijk
In de Roedeloptiek is de behoefte om sociale relaties aan te gaan
met anderen, het allerbelangrijkste. De wederzijdse afhankelijk-
heid, sociale communicatie, de onderhandelingen, het doorlo-
pende gesprek tussen baas en hond zijn hierin essentieel. Door
de opvoeding en de ‘onderhandelingen’ tussen baas en hond
over de sociale posities kunnen zij een sociale vertrouwensrela-
tie opbouwen.
Onze hond leeft in onze mensenmaatschappij, zodat mensen –
zeker in de aanvang van de opvoeding en de opbouw van de so-
ciale relatie met de hond – de meeste verantwoordelijkheden en
taken op zich zullen moeten nemen. Mensen zijn verantwoorde-
lijk voor het welzijn van hun hond. De baas zal moeten bepalen,
welke taken er wel (of niet) door de hond overgenomen kunnen
en zullen worden en wanneer. Omdat zowel de baas als de hond
een sociale vertrouwensrelatie willen opbouwen, is van strijd of
(fysiek) geweld geen sprake. Het gaat om het eigen en elkaars
welzijn, waarbij baas en hond samen én beiden de belangrijke
taak ‘zelfbeheersing’ moeten leren wat betreft zindelijkheid, wa-
ken, slopen, trekken aan de lijn, weglopen, niet vechten en noem
maar op...! De wisseling van taken en van sociale posities tussen
baas en hond vindt in de dagelijkse omgang meestal heel onop-
gemerkte en onbewust plaats. Steeds opnieuw worden rangor-
deposities en verantwoordelijkheden verlegd, op basis van een
sociale vertrouwensrelatie. Die relatie wordt opgebouwd tijdens
de opvoeding en de ‘onderhandelingen’ tussen baas en hond
over de sociale posities,
waarbij de baas in aanvang de meeste ta-
ken en verantwoordelijkheden zal hebben.
De baas is afhankelijk van de hond of deze het huis wel of niet
zal bevuilen. Een hond die zindelijk is, is bereid om zijn blaas
en darmen in huis onder controle te houden in het belang
van de baas. De baas laat de hond uit om zich kunnen ‘ontlas-
ten’, in het belang van de hond. De hond is daarin afhankelijk
van zijn baas.
Als de baas thuis is, heeft hij een beschermende taak, maar
als hij weg is zal de hond die taak overnemen tot de baas
weer thuis is.
Altijd is er sprake van
wederzijdse afhankelijkheid
en allerlei vor-
men van samenwerking, wisselingen in rangordeposities, zonder
strijd of geweld, waarbij iedereen zich prettig en veilig kan voe-
len.
In de praktijk
Het opbouwen van een prettige sociale relatie om een goed sa-
menwerkend team te worden is een intens en langdurig proces.
De onderhandelingen tussen de baas en zijn hond over samen-
werking, over de beste taakverdeling en in welke situaties, over
de positiebepalingen, verlopen bepaald niet altijd vlekkeloos.
Onbedoeld en ongewild zijn er in dit overleg tussen baas en
hond heel wat taalproblemen...
De baas praat met hond vanuit zijn eigen menselijke sociale
communicatie systeem, met menselijke omgangsvormen,
normen en waarden en taal.
De hond praat met zijn baas vanuit zijn eigen hondse sociale
communicatiesystemen, hondse omgangsvormen, en nor-
men en waarden en taal. Dit is zijn hondengedrag, ongeacht
of dit gedrag in onze mensenogen gewenst of ongewenst is.
Mensentaal is (vooral) verbaal, de hondentaal is lichaamstaal
én geurentaal, want overal zit ‘een luchtje aan’...
Die geur en lichaamstaal samen maken de hondentaal heel sub-
tiel en voor ons mensen, met ons zeer beperkte reukvermogen,
heel moeilijk te verstaan!
Taalverschil struikelblok
Het grote taalverschil blijkt een flink struikelblok, waardoor de
onderhandelingen over de samenwerking en taakverdelingen
tussen baas en hond erg gemakkelijk kunnen mislukken. In dat
geval kan de hond bepaalde posities en verantwoordelijkheden
krijgen, die hij vanuit zijn eigen perspectief zeer legitiem vervult!
Wanneer dit gebeurt, wordt door mensen bijna automatisch
‘het lineaire hiërarchische model’ te voorschijn gehaald.
De hond
wordt gelabeld als een ongehoorzame ‘dominante hond’
, die pro-
beert ‘hoger op te komen’, in plaats van als een hond, die in zijn
eigen taal onderhandelt over een goede samenwerking met zijn
baas! In de Roedelmethode neemt het opruimen van deze ‘strui-
kelblokken’ een belangrijke plaats in.
Arjen van Alphen en Francien Koeman
Wil je meer weten over de Roedelmethode dan kun je de
boeken ‘Honden Trainen Volgens De Regels Van De Na-
tuur’ lezen of deelnemen aan een workshop bij ‘De Roe-
del’, zie
.
1,2,3,4,5,6 8,9,10,11,12,13,14,15,16,17,...28
Powered by FlippingBook