De maatschappij is kritisch op het houden van en omgaan met
huisdieren. Dat geldt uiteraard voor de grote landbouwdieren,
maar ook voor dieren die wij een plaats geven in ons gezin. Mede
ingegeven door de sociale media wordt er met argusogen geke-
ken naar fokkerij, verzorging en ook naar de verenigingen die voor-
alsnog het enige aanspreekpunt zijn van vermeende misstanden.
Er is door enkele incidenten onder meer een stigma ontstaan dat
per definitie onze honden potentieel bijtgevaarlijk zouden zijn.
Nadere studie wijst uit dat slechts een zeer gering percentage van
de rashonden voor problemen zorgt. Omdat de rashondenfokkerij
de enige sector is die aanspreekbaar is krijgt deze alle kritiek te
verduren. Dit terwijl een meervoud van illegale importen en krui-
singen voor het grootste deel voor de aanwas zorgen van het hon-
denbestand.
Het is dan ook meer dan noodzakelijk om te laten zien dat wij als
rasvereniging belang hechten aan gefundeerde preventieve maat-
regelen. Die zijn te vinden in een degelijke fokkerij en opvoeding.
Maar hoe weten we nu wat de gewenste karaktereigenschappen
zijn bij onze honden?
De VDH hanteert al heel lang, in navolging van de Duitse zuster-
vereniging, het systeem van de Fokgeschiktheidskeuring waar-
bij niet alleen de gebruikshondeneigenschappen getoetst wor-
den, maar ook eisen worden gesteld aan een sociaal karakter en
goede anatomische gesteldheden en gezondheid. Tevens zijn er
voorwaarden gesteld met betrekking tot genetische aandoenin-
gen. Een goed totaalsysteem dat tot kenmerkende verbeteringen
heeft geleid. Wel is er in de loop der tijd een verdergaande po-
larisatie opgetreden van show- en werklijnen. Een trend die niet
verder doorgetrokken moet worden. Het gevaar ligt om de hoek
dat er overtypering kan ontstaan. Daarbij moet aan beide kanten
gedacht worden aan anatomische én aan mentale eigenschappen.
WAT VOOR HONDEN WILLEN WIJ?
In de huidige maatschappij zijn honden een wezenlijk onderdeel
van gezin en maatschappij. Ze moeten beschikken over stabiele
zenuwen en absoluut geen agressiviteit vertonen. Zo kunnen ze
juist omgaan met de steeds wisselende sociale omstandigheden
in onze samenleving. Het is de taak voor de kynologie om de
oorzakenstructuur van ongewenste gedrags- en houdingsver-
storingen binnen het houden van honden te helpen analyseren.
Huidige inzichten binnen gedragsonderzoek en de in de kyno-
logie aanwezige kennis moeten benut worden. Belangrijk bij dit
alles is de inschatting van de verhouding tussen aangeboren
De “Karakterbeoordeling”,
nieuw in de VDH
Foto's: Ingrid Bos
algemeen
VDH
15