VDH -
algemeen
-
11
Eisen aan de geleider
Van een geleider wordt verwacht dat hij/zij nadenkt over zijn/
haar hond en de training. Hoe ver ben je in de training en hoe wil
je verder gaan? Welke oefening wil je doen en wat is je motivatie
hiervoor? Dit proces wordt natuurlijk begeleid door de instruc-
teurs. Het is belangrijk voor een geleider om zijn hond goed te
kunnen lezen en te kunnen begrijpen. Als je dit goed kunt, kun je
bij onverwachte situaties in de training ook beter ingrijpen.
Het begin van de training
Bij een nieuwe combinatie wordt er eerst gekeken hoe het staat
met de samenwerking tussen baas en geleider. Daarnaast is het
belangrijk dat de hond graag werkt en gek is op zijn speeltje. Dit
speeltje vormt de beloning voor de hond bij het vinden van een
slachtoffer.
Wat is een geschikt speeltje? Iedere hond heeft een favoriet
speeltje. Het is wel handig als een speeltje goed vast te houden is
(zowel voor de hond als voor de baas) en makkelijk weg te stop-
pen is in de kleding. Zorg ook voor extra speeltjes zodat er even-
tueel gewisseld kan worden.
Opbouw
De instructeur speelt met de hond en het speeltje. Op een be-
paald moment neemt de instructeur het speeltje mee en gaat
een stukje verderop met het speeltje zitten of liggen (in het zicht
van de hond). De geleider stuurt de hond naar de instructeur/
het slachtoffer. Bij het slachtoffer aangekomen krijgt de hond zijn
speeltje als beloning. De bedoeling is dat de hond de link gaat
leggen tussen het vinden van een slachtoffer en het krijgen van
een beloning.
Deze oefening vindt altijd plaats met een zittend of liggend
slachtoffer. We willen de honden meteen aanleren dat een lo-
pend/staand persoon geen slachtoffer is. Tijdens een training
kunnen andere mensen dan ook gewoon in het veld lopen of
staan. De honden zullen deze mensen niet herkennen als slacht-
offer. Later wordt de oefening uitgebouwd door de afstand te
vergroten en daarna door het slachtoffer uit het zicht van de
hond te laten liggen. Als de hond hier goed in getraind is krijgt hij
niet meer te zien waar het slachtoffer heen gaat. De hond moet
dan echt met zijn neus werken.
Verwijzing
Hoe weten we nu wanneer de hond het slachtoffer heeft gevon-
den? De hond zal het slachtoffer moeten ‘verwijzen’. Dit verwij-
zen geeft voor de geleider aan dat de hond het slachtoffer heeft
Nick kijkt in de richting waar het ‘slachtoffer’ zich heeft verstopt
Van het ‘slachtoffer’ krijgt de hond z’n speeltje
Gevonden!