VDH oktober 2019 - page 9

Midden in de zomervakantie toog deze razende reporter naar het gastvrije Brabant voor een goed gesprek met Kees
Duyndam. Kees is een bekend gezicht binnen de VDH omdat hij zowel bij de africhting als bij de kynologie veelvuldig
deelneemt aan evenementen. Daarbij draait hij er zijn hand ook niet voor om om een hond voor te brengen op
clubmatch, aankeuring of als er iemand op zijn club hulp nodig heeft. Kortom, hoogste tijd om er eens achter te
komen wat Kees zijn drijfveer is. Afgesproken was om dit bij Kringgroep Hart van Tilburg te laten plaatsvinden. De
club waar Kees al menig jaar voorzitter is en waar hij zich met hart en ziel inzet voor de belangen van de club. De
ontvangst in Tilburg was allerhartelijkst. Het gesprek komt soepel op gang, Kees blijkt een makkelijke prater en als
je er dan achter komt dat je beiden uit de regio Westland komt is het ijs snel gebroken. Kees, geboren in Monster,
heeft jaren gewerkt bij de Rabobank. Eerst zeven jaar bij de AMRO-bank in Den Haag, daarna overgestapt naar de
Rabobank in ’s-Gravenzande. Na zijn verhuizing naar Etten-Leur bij de Rabobank in Prinsenbeek. Hij is getrouwd met
Ineke en ze hebben twee zoons en drie kleinkinderen.
Hoe komt iemand geboren onder de rook van Den Haag terecht in de
provincie Noord-Brabant?
“In mijn diensttijd had ik een kameraad die uit Brabant kwam en
we bleven na de dienstplicht contact houden. Zodoende kwam ik
al af en toe bij hem over de vloer. Hij attendeerde mij erop dat de
huizen hier veel goedkoper waren dan bij ons in het westen. Dus
toen de mogelijkheid zich aandiende dat ik ook mijn werk bij de
bank kon mee verhuizen, was de knoop snel doorgehakt. Er werd
een huis gezocht en gevonden in Etten-Leur en in oktober 1974
zijn we verhuisd.”
Hoe ben je in contact gekomen met de Duitse Herdershond?
“Vroeger bij ons thuis had een buurman twee mooie Duitse
Herders en liep hij elke dag met zijn honden voorbij ons huis. Ik
zag dat als jongetje van een jaar of zeven met grote bewondering
aan. Wat een geweldige honden, dat wil ik ook! Maar bij ons thuis
mochten we geen honden hebben. Dus nam ik me voor dat als ik
het huis uit zou gaan, ik ook zo’n mooie Duitse Herder zou kopen.
En zo ging het ook. Na mijn trouwen met Ineke kocht ik mijn eerste
Duitse Herder, een teefje, bij kennel Von der Rheinbrücke. Ze was
een nakomeling van een Oostenrijkse kampioen, diens vader was
een reu waar ik toen best van onder de indruk was, Bert vom Haus
Knüfken. Een echte africhtingshond, die ook in schoonheid goed
mee kwam. Want ook toen al had ik de voorkeur voor een mooie
goedgebouwde karakterhond met goede werkeigenschappen. Ik
ben met deze teef gaan trainen bij Kringgroep Westland. Omdat ik
geen auto had, ging ik elke keer met de fiets naar de vereniging.
Van Monster naar Naaldwijk, hond naast de fiets. Tot ik merkte dat
de hond letterlijk niet vooruit te branden was. Ze was er snel klaar
mee, ze was duidelijk minder enthousiast voor de sport dan ik.
Daarna kwam Nick v.d. Molenakker, een gitzwarte reu. Nakomeling
van Bea v.d. Molenakker en Marko v. Cellerland, een bekende
Duitse kampioen die erg mooi was. Duitse Herder-kennel van de
Molenakker was toen een bekende kennelnaam, die uit deze com-
binatie veel mooie en karaktervolle nakomelingen kreeg.”
Heb je naast de hondensport nog andere hobby’s?
“Ik probeer ook nog bonsaiboompjes te kweken. Via een vakan-
tiekennis kwam ik in aanraking met het kweken van deze mini­
boompjes. Thuis probeerde ik het uit. Gewoon een pit in een pot
steken en kijken wat eruit komt. Soms staat het een aantal jaar
en wordt het nooit wat. Maar meestal komt er wel wat uit en met
wat snoei en scheur werk wordt het soms uiteindelijk een mooi
miniboompje. Dat proces van groeien, bloeien en snoeien vind ik
prachtig!”
Waaraan moet voor jou een Duitse Herdershond voldoen?
“De Duitse Herder is voor mij vooral een gebruikshond. In de
breedste zin van het woord. Ik heb altijd honden gehad uit
Hochzuchtlijnen, zgn. kynologische lijnen. Een aantal jaren gele-
den wel gedacht dat ik een hond uit een africhtingslijn zou nemen,
maar ik voelde daar toch geen klik mee en heb het uiteindelijk niet
gedaan. Ik heb altijd voor de Hochzucht gekozen maar dan wel
met een behoorlijk karakter, omdat het wezen van de hond goed
moest zijn. De maatschappij verandert, de mensen veranderen
en de Duitse Herder verandert mee. Een Duitse Herder moet een
Duitse Herder blijven. Een Duitse Herder moet een karaktervolle
hond uit Hochzucht zijn voor mij!”
Duitse-Herderliefhebber Kees Duyndam
Over africhten, karakters
en mooie honden!
algemeen
7
VDH
1,2,3,4,5,6,7,8 10,11,12,13,14,15,16,17,18,19,...48
Powered by FlippingBook